CUBA ( deel 2)

"Een tropische vakantie met Liesbeth"

Sinds wij een moderne windmeter op een ouderwetse aansluiting hebben gezet, is onze windmeting niet meer zo betrouwbaar. Inmiddels weten we dat we er ongeveer 15% moeten aftrekken om de juiste windsnelheid te kunnen aflezen.
Toen we op tweede kerstdag in de aanloop van Cuba flink schuin lagen en in het donker de schuimkoppen van de golven zagen vliegen terwijl we ons een beetje pips voelden zagen we een fikse 46 knopen op de teller. De Rebel lag weliswaar op een oor maar gelukkig lag ze als een huis. Nu wij nog.

Dit weer type hebben we de hele reis kunnen zien : een paar dagen keiharde koude wind, een weekje zomer en dan weer een koude noorder.  Voor het eerst dragen we weer een lange spijkerbroek en slapen we weer onder een laken, soms zelfs twee.

Donderdag 27 december komen we in de vroege morgen aan in Cienfuegos. We draaien een rondje op wat wel de ankerplaats lijkt te zijn. Hoewel niemand ooit op enig radioteken van ons gereageerd heeft staat er wel een poppetje op de kant naar ons te zwaaien.

Dockmaster Yosvel ( spreek uit djosbel) heet ons welkom, helpt met aanleggen en vraagt of we op de boot willen blijven totdat alle immigratie formaliteiten voldaan zijn. 
Het circus begint natuurlijk met de dokter, die een thermometer als een pistool op ons voorhoofd zet, positief gromt en het papier aftekent. Dan wordt de gele Q vlag verwisseld voor de Cubaanse vlag en volgen in vlot tempo de mannen met de snuffelhond (echt waar, geweldig) de mevrouw van het ministerie van landbouw ( ze checkt of we geen vers vlees, groenten en fruit invoeren) en tenslotte Yusniel die eerst de  immigratie pet en daarna de pet van van de havenmeester opzet en daarmee de urendurende procedure beëindigd.
Wij gaan meteen voor anker liggen voor de ingang, goed in het zicht van de havenmeester en volgens zijn strenge instructie. Meer instructies: 's Avonds ankerlicht aan en dinghy opgehesen aan boord aan de ketting.

We scoren in hotel Jagua een lokale telefoonkaart ( Cubacel), een internet kraskaart ( etecsa) en wisselen geld. Dan proberen we Liesbeth te pakken te krijgen. Uiteindelijk lukt dat via een e-mail van onze SSB radio die zij ophaalt met haar Nederlandse telefoon!

Omdat we naar verwachting zo'n drie weken door Cuba gaan trekken regelen we met enige moeite een plekje in de marina. Het is wel 3 x zo kostbaar als voor anker blijven liggen maar met de 24/7 security en het onzekere weer is ons het wel waard om onbezorgd op vakantie te kunnen gaan. 

Vrijdag 28 december staan Liesbeth en haar Cubaanse familielid Erqueni compleet met klassieke kar voor de deur. Zij mag naar binnen om ons op de boot te begroeten, hij moet buiten blijven: beetje jammer!

Trinidad is anderhalf uur rijden van Cienfuegos en daar maken we kennis met de rest van de familie. We slapen riant in de illegale vertrekken van Maria Louisa ( "niet opendoen als er geklopt wordt hoor") wat vanaf dat moment onze uitvalsbasis in Trinidad zal blijven. Liesbeth slaapt in dezelfde straat bij Deisy en 1 huis verderop ontbijten we bij Dayana.

De volgende dag wacht de taxi  die ons naar de finca van Erqueni brengt. De finca is een huis met bijgebouwen op een groot stuk grond buiten de stad en vlakbij de zee. Het geheel is nog in aanbouw maar Ergueni heeft er een duikersparadijs van gemaakt compleet met compressor in het bos, buitenkeuken, zwembad met zoet water, grote buitentafel, een schuurtje met witte klassieke Chevrolet in staat van halfklaar, een dansplaats met lichtjes en een BBQ om een varken aan het spit te roosteren... dat laatste is dan ook het plan voor oud-en-nieuw! Ter ere van de buitenlandse gasten en omdat van ieder mooi moment een feestje gemaakt wordt scharrelt een roze vriend prettig onkundig van zijn toekomst gezellig op de dansplaats rond.

We duiken en snorkelen, zonnen op het strandje en eten savonds met zn allen aan de grote buitentafel. De familie is superblij met de tassen goodies die we hebben meegesjouwd (bedankt Theo en Monique) en wij hebben na Haïti en Trinidad in Cuba weer een boel ruimte in de voorpunt!

Het is heerlijk om te zien hoe Liesbeth in moeiteloos Spaans dolt met haar prachtige petekind en haar hele Cubaanse familie ons hartverwarmend onvoorwaardelijk accepteert " mi casa es tu casa". 

Door haar jarenlange ervaring met Cuba krijgen wij nu in duizelingwekkende sneltreinvaart ( wij waren inmiddels onthaast weet u) in no time een stoomcursus Cubaans.  De taal, de mensen, de gewoonten, de typische eigenaardigheden die elk land uniek maken... ze wijst, legt uit, verklaart en maakt ons deelgenoot van de fascinatie die haar telkens weer naar dit land en deze mensen terug laat keren. Wij volgen, knikken, verheugen en verbazen ons en ondertussen trekken we met elkaar op alsof we dat altijd al zo gedaan hebben. We love her!

De 30ste maken de boys een nachtduik waarna ze thuiskomen met enge kwallenbeten en armen vol kreeft, krab en vis.



Op de laatste dag van 2018 zijn we weer de hele dag op de finca. Alle vrienden en familie zijn de hele dag in de weer ( wij dus ook) met het eten: het varken wordt aan het spit geregen, foto's worden gemaakt, vis schoongemaakt, rijst gekookt, salades bereid, vuurtjes gestookt gehangmat en yuca geschraapt.
De grote buitentafel is bijna te klein voor alle heerlijkheden. We smullen van de avocado's tomaten de wijn en het bier en natuurlijk in het midden een bruingebrand varkentje!



Om het jaar goed te beginnen maken we dinsdag 1 januari met z'n zessen een flinke dagtocht te paard de bergen in. Na een zwemmetje bij de waterval besluiten we de tocht in een klein berg-restaurantje met een heerlijk lokaal maal. In het donker rijden we moe maar voldaan Trinidad weer in.







HAVANA

Woensdag 2 januari gaan we met de taxi via cienfuegos naar Havana waar we een slaapplaats vinden bij Fatima en Lazaro op de via Industria 52 vlak achter de Prado ( equivalent van de Spaanse ramblas) en pal naast de malecon ( de boulevard langs het water) : hartje stad, ideaal dus!


We ontmoeten Cezar, de uiterst charmante lokale gids, die zo onder de indruk is van Liesbeths verschijning dat hij soms woorden tekort komt om zijn bewondering kenbaar te maken. Wij vinden hem met zijn sprekende ogen, lange gestalte en krulletjes onder zijn hoed een supergave gast, maar bij Liesbeth kan hij helaas de juiste snaar niet laten trillen.
Maar hij is uiterst fideel en laat ons de mooiste plekjes van Havanna zien terwijl hij ons allerlei handige tips en suggesties aanreikt.






We gaan naar het Fabrica de arte dat helaas net voor verbouwings werkzaamheden een paar weken gesloten is en komen als alternatief bij dansclub 1830 terecht. Heerlijke muziek zwoel bewegende lijven en een behoorlijke mojito... alsof je terug in de tijd als puber weer langs de dansvloer staat.





Een grote stad vraagt om veel loopkilometers, Havana heeft ons op 1 dag een 11,3 kilometer op de wandelapp opgeleverd. En dan hebben we nog een deel met de klassieke auto met chauffeur en de lancha ( heen en weer boot) naar het fort aan de overkant van het water gedaan!



Als je ooit in Havana terecht komt moet je zeker bij oreilly 304 gaan eten: supertent! Klein maar errug fijn dus wel vantevoren reserveren.



VINALES
Na 3 dagen intensief Havana pakken we de ( viazul) bus naar het platteland voor 3 dagen Vinales!

Als we daar de bus uitstappen staat er een menigte mensen, voornamelijk vrouwen, die je hun huisje willen verhuren. We hadden nog niets bedacht of geboekt maar het kan ook te gek. Op het gevoel wordt gekozen voor een bescheiden dame met een goed verhaal en we komen terecht bij Olguita. De vrouw die ons bij de bus had opgewacht vertrekt naar haar eigen huis, dit ( ons binnenhalen) was een klusje die ze voor Olguita deed. Zo gaat dat in Cuba. Soms zien we lange rijen mensen op straat dan weet je dat dat de bakker, de visboer of de telefoonmaatschappij is. 

Liesbeth vertelde dat er mensen zijn die voor een beetje geld voor jou urenlang in de rij gaan staan. Dit principe ' waar vraag is wordt arbeid bedacht' is de Cubanen op het lijf geschreven: op ludieke en inventieve wijze weten ze van de nood een deugd te maken en elk verdiend centje kunnen ze goed gebruiken.  Maar niet ten koste van alles want solidariteit en hartelijkheid houden ook in dat alles ( nou ja heel veel) met elkaar en met gasten gedeeld wordt.



Liesbeth herkend Vinales niet meer terug. Acht jaar geleden was er 1 restaurantje en de casas particulares moest je met een lantaarntje zoeken. Het dorp bruist nu van de ondernemerslust: er zijn talloze leuke uitstapjes te maken en wij vallen met ons neus in de boter want elke zaterdag wordt de hoofdstraat afgezet, staan er tafeltjes en stoeltjes op straat is er muziek, zang, dans en vooral veel lekker eten en drinken. Te Gezellig!

Zondag boeken we een dag-trip met Ismael, een afgestudeerd ingenieur die meer verdiend met excursies te paard dan met ingenieurswerk op een kantoor. Bovendien vind hij 'buitenspelen' leuker om te doen. 
Te paard genieten we van dikke konten, roken we vette sigaren gedoopt in de honing op de tabaks plantage en via het inspirerende koffie plantage verhaal leidt onze gids ons te paard naar een  klein tentje 'with a view' en verfrissende kokosdrankjes. 
Later op de dag als we weer terug zijn  'hitchen we een hike' met een paard-en-wagen en zien de beroemde 'murales' bij Sunset .

Wist je dat voor het maken van sigaren de nerf van de tabaksplant niet gebruikt wordt? Daar zit namelijk de nicotine in en die wordt gebruikt voor sigaretten...

's Avonds dineren we in de drie jota's ( de3J's) vanwege de typisch Volendamse bijklank en de mango's ( bijnaam voor leuke jongens) bij de ingang.

Maandag is stranddag. We maken een uitstapje naar het strand van  cayos jutias in een klassieke rode chevrolet uit 1951. De weg er naar toe is zo belabberd dat de chauffeur wacht totdat je bent ' uitgestrand' om je smiddags weer terug te kunnen brengen.

CAYA LARGA
Dinsdag staat om precies 8:15 uur de taxi voor de deur om ons naar de volgende bestemming Caya Larga te brengen. Het is een afstand van zo'n 350 km via Pinar del Rio richting Havana en midden op de snelweg A1 geeft onze chauffeur Rolo ons over aan Fidel op een andere taxi die ons naar het nationaal park gebied brengt. 

Tegenwoordig mag elke Cubaan met een auto zich verhuren als taxichauffeur en sommigen hebben zich landelijk verenigd. Blijkbaar zijn er bepaalde gebieden en grenzen, want de chauffeurs regelen onderling het geld en wij komen waar we zijn willen. 

Via de contacten van Olguita komen we terecht in het huis van Edeny: supermooie plek aan het water met het haventje pal voor de deur. De man des huizes hangt net in de kokosnotenboom als wij arriveren. Vanaf het terrasje kunnen we goed zien hoe vliegensvlug de boom gesnoeid wordt. De noten begonnen een gevaar voor het argeloze wandelende publiek te worden. Dan wordt van de nood een deugd gemaakt: de volgende dag zagen we hem met een berg 'kokosnoten te koop' op het strand zitten.
Een verse kokosnoot is overigens wel wat anders dan de AHversie die wij kennen.
Heerlijk verse vis ( spargo oid) gegeten en een excursie met gids in het natuurgebied geboekt voor de volgende dag.

Woensdag worden we opgehaald door chauffeur Pepe in een hele oude auto  ( door de gaten in de bodem zien we de weg voorbijschieten en de veren in de achterbank steken als kerstbomen in je gat)
Maar onze gids Mario maakt alles goed door ons mee te nemen op een adembenemend mooie tocht richting playa Giron. We lopen, samen met een stel andere toeristen, door het tropisch regenwoud en de mangrove over het oeroude koraal. We zien teveel om op te noemen. Voor de vogelaars: De Cubaanse bullfinch, een vlucht papegaaitjes, de Groene specht , de National bird of Cuba: tocororro, een zwart/wit/ grijze Kingfisher, een Grot zwaluw: heet hier colondrina, een Klein vogeltje: Cubanvideo met de grote ogen, een Pygmee uil en vleermuizen in een grot, een Flycatcher, en wat wij heel bijzonder vonden : een  Humming bird in de bromelia's. Ook nog twee keer een  Kolibri zien vlieg-hooveren en een kolibri nestje zien hangen..

Mario lokte menige vogel naar ons toe door met zijn telefoon ( hij had vast een supervogelapp) een typisch geluid te maken...je moet dan wel weten wat je doet natuurlijk en Mario kent deze streek met al zijn vliegende en kruipende inwoners al 25 jaar als zijn broekzak
Naast allerlei vogels liet hij ons ook de voorhistorische Krokodilvis zien de zogenaamde hicotea, schildpadden, de grijze krab, de grote bruine krab en giftige rode krab, krokodillen ( geen alligators ) , joekels van heremietkreeften, een jonge boa constrictor en hele typische bijen.

De vegetatie was een typische mix tussen regenwoud  en mangrove ( genoeg muskieten, ook overdag) met een bijzondere kale rode boom die ze hier ' de toeristenboom' noemen omdat het vel schilferig en rood is. Als ik het goed onthouden heb is de boom een almassico en wordt haar genezende krachten toegedicht. De honing van de bijen die bij deze boom leven is ook geneeskrachtig.

Verder zagen we heel veel bromelia's en acacia's ( ooit als plantje meegenomen uit Afrika gedijdt ze enorm goed in Cuba) een griezelige grot, een zeldzaam helder meertje... kortom het was een onverwacht fantastische wandeling met een beetje vreemde maar errug goeie gids ... en daarna met dezelfde gammele taxi toch weer veilig thuisgekomen. Soms zit het mee!

SANTA CLARA



Het is hier wel mooi maar de bedden in het huisje van Edeny zijn niet al te best, reden voor ons om donderdag met de bus te verkassen naar santa Clara. 
We reizen min of meer op de bonnefooi door Cuba maar vinden altijd in een mum van tijd een slaapplek. Kwestie van de juiste vrouw met veel ervaring in je buurt hebben! Zij weet ook telkens in een karretje met lokaal geld net dat zoute koekje of die pinda's te scoren waarvan je nog niet wist dat je daar behoefte aan had. Ze past wel in dit land.

In de stad van Che komen we terecht in een hostel met dakterras tegenover het alternatieve theater en jawel we vallen weer met ons neus in de boter: er is een groot muziek festival deze week...of zullen ze gewoon elke week een feestje bedenken?? 
We komen in een barretje terecht waar we zoveel drinken en snackies eten dat we niet meer hoeven te dineren. Elk voordeel ... 

We bellen met de marina in Cienfuegos om te informeren naar de Rebel. Mocht er sprake zijn van overbezetting dan zouden we tussendoor naar de haven moeten gaan om de boot te verleggen. Alles is OK dus niks aan de hand.

Als je in santa Clara bent moet je naar het mausoleum van che chevara. Heel indrukwekkend! 
Che is hier echt een held. Net als Kennedy te jong gestorven. Oorspronkelijk uit Argentinië reist hij (afgestudeerd arts) door Afrika, is enorm sociaal bewogen en sluit zich aan bij de revolutie, hij landt samen met Fidel Castro in het zuiden van Cuba vanwaar een opmars naar het noorden uitmondt in een machtsovername. We spreken nu over het jaar 1958... nog geen 10 jaar later op 8 oktober 1967 wordt Che vermoord.

CIENFUEGOS

Vrijdag gaan we richting Cienfuegos en slapen een nachtje op de boot. Zaterdag gaan we weer richting Trinidad om Liesbeth nog een paar dagen met haar Cubaanse familie te gunnen.

TRINIDAD
Samen met haar petekind Erisgeny gaan we zondag naar de piscina Naturalis , een natuurlijk zwembad in zee. Een relaxed strandje met een helderblauwe rustige zee omzoomd door dikke rotsen die de branding tegenhouden bij club amigo costa sur ( dit voor de liefhebber die er ook wel eens zou willen baden)

's Avonds gaan we met z'n vieren naar de caricoches, een Cubaanse kermis, de meest slimme en inventieve die ik ooit gezien heb! Hoewel het wel een beetje eng is zo'n houtje-touwtje apparaat gaan de meiden toch het reuzenrad in, Kees denkt het er zijne van en maakt wel foto's vanaf de grond... veel veiliger. 

In Cuba heb je 'niks' en toch hebben ze alles! En als ze het niet hebben dan maken ze het! bovendien weten ze ook wat hartelijkheid en genieten is...I love them!

Omdat er ... jawel... net fiesta is in Trinidad gaan we nog even de 'stad' in. Alle restaurants hebben voor de gelegenheid een buitenkeuken op straat gezet.  restaurant la ceiba heeft er ook een en Liesbeth weet dat dat een supergoed restaurant is. Na even in de rij te staan veroveren we al snel een plekje ... of zijn we misschien voor onze beurt gegaan? Allee het is heerlijk en wij zitten eerste rang.

Maandag doen we een poging om ons haar te verven, doen we koffie bij Maria louisa,  ontbijten we bij deisy, gaan we op bezoek bij  Liesbeth's tweede familie en belanden we op de terugweg naar huis in een Cubaans restaurantje  zonder spoelwc  en uiteindelijk in een kroeg waar we ons de rest van de avond uitstekend vermaken.

De laatste dag in Trinidad halen we Liesbeths petekind Erisleny op en brengen we de dag door op de finca. Erqueni is de afgelopen week samen met twee mechaniciens als een gek aan de slag gegaan met de klassieke witte chevrolet maar het ziet er niet naar uit dat hij op tijd gereed komt om ons naar Havana te brengen. Jammer maar helaas. Dan gaan we maar lekker verse vis en cangrejo (krab) eten. Mmmmm
We zitten aan tafel samen met 4 enthousiaste Italianen die die dag met Erqueni gedoken hebben. De familie eet zelf eerder of later. Meer aardewerk borden zijn er niet en in Trinidad is geen bord te vinden. 

Mocht je in Cuba geld hebben dan nog kan je niet alles kopen wat je nodig hebt omdat het er gewoonweg niet is. Ook zijn niet alle bezittingen toegestaan. Als wij onze boot aan Erqueni zouden willen geven, nalaten of verkopen dan is dat niet toegestaan. Een Cubaan mag een boot hebben met een bepaalde afmeting ( klein) en een hulpmotor die niet teveel pk heeft. Alle grotere boten die we tegenkomen zijn van de overheid.

Geroerd nemen we afscheid van dit hartelijke gezin dat niet alleen blij is met alle kadootjes die we mee nemen maar ook ruimhartig alles wat ze hebben met ons delen en waarop je nooit vergeefs een beroep om hulp doet.

HAVANA
Woensdag 16 januari krijgen we voor de laatste keer koffie van Maria Louisa, ontbijten we voor de laatste keer bij Deisy. Erqueni heeft een chauffeur geregeld Aggelier, hij brengt ons 350 km naar Havana waar Liesbeth smiddags op het vliegveld moet zijn.
Samen met Cesar slenteren we door de smalle straatjes in het centrum van Havana. Hij weet ons te verrassen door een kopje koffie te gaan drinken op een wonderlijk mooi jugendstil dakterras. Geheel in de stijl van die tijd stappen we in een lift die als een soort vogelkooi inclusief tralie-achtig deurtje naar boven schommelt. Op de weg naar boven zien we de majestueus hoge ruimtes met prachtige lampen voorbij zoeven. Het is het tweede publiek geheime dakterras dat hij ons laat zien vanwaar we een mooi uitzicht over Havana hebben.

Vanuit ons adresje op de Industria bij Fatima en Lazaro vertrekt Liesbeth die middag in een koninklijke klassieker naar het vliegveld. We gaan ons stoere vriendinnetje met haar onstuimige energie, haar sprankelend optimisme, haar retegoeie Spaans en haar opgewekte gezelschap heel erg missen!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten